Het voltooid deelwoord
Definitie:
Het voltooid deelwoord is een werkwoordsvorm die een handeling of gebeurtenis beschrijft die afgerond is. Het wordt gebruikt in verschillende tijden, zoals de voltooid verleden tijd (ik heb gegeten), de voltooid tegenwoordige tijd (ik ben naar school geweest), en de voltooid toekomende tijd (ik zal gekookt hebben).
Vorming:
De vorming van het voltooid deelwoord hangt af van het type werkwoord:
Regelmatige werkwoorden:
- Werkwoorden met -en: Voeg -d toe (bijvoorbeeld: gegeten, gepraat, gespeeld).
- Werkwoorden met -en: Voeg -t toe (bijvoorbeeld: gefietst, gewerkt, gebeld).
Onregelmatige werkwoorden:
De vorm van het voltooid deelwoord is onregelmatig en moet je uit je hoofd leren. Enkele voorbeelden:
- geworden (worden)
- gegaan (gaan)
- gedaan (doen)
- gelezen (lezen)
Gebruik:
Het voltooid deelwoord kan op verschillende manieren gebruikt worden:
- In de voltooide tijd: met de hulpwerkwoorden hebben of zijn.
- Als bijvoeglijk naamwoord: om een zelfstandig naamwoord te beschrijven (bijvoorbeeld: gekookte aardappelen).
- Als bijwoordelijke bepaling: om aan te geven wanneer iets gebeurd is (bijvoorbeeld: na het eten).
Verwarring met andere werkwoordsvormen:
Het voltooid deelwoord kan soms verward worden met andere werkwoordsvormen, zoals de infinitief (de grondvorm van het werkwoord) en de verleden tijd.
Infinitief:
- Eten is gezond. (Hiermee geef je aan dat eten in het algemeen gezond is.)
Voltooid deelwoord:
- Ik heb gegeten. (Hiermee geef je aan dat je een specifieke handeling van eten hebt afgerond.)
Verleden tijd:
- Ik at gisteren een appel. (Hiermee geef je aan dat je in het verleden een appel hebt gegeten.)
Tips:
- Gebruik een online tool of woordenboek om de juiste vorm van het voltooid deelwoord te vinden.
- Oefen met het gebruik van het voltooid deelwoord in zinnen.
- Let op de verwarring met andere werkwoordsvormen.