De term "vijfregelig versje" betekent "vijf-regelig gedicht" in het Nederlands. Deze gedichten komen in verschillende vormen voor, maar twee veelvoorkomende types zijn:
1. Lobbertang: Dit type gedicht heeft een specifiek rijmschema (abaab) en metrum. De "a" regels zijn langer en hebben een vrouwelijk rijm, terwijl de "b" regels korter zijn en een mannelijk rijm hebben. Daarnaast moet het laatste woord van het gedicht alle letters bevatten die in de vorige rijmende woorden gecombineerd zijn.
2. Haiku: Hoewel niet oorspronkelijk Nederlands, worden Haiku-gedichten veel gebruikt in de Nederlandse poëzie en volgen ze de structuur van 5-7-5 lettergrepen. Deze gedichten focussen zich meestal op de natuur en roepen een bepaald gevoel of beeld op.
Hier is een voorbeeld van een Lobbertang:
De bakker van Brugge bakt heerlijke broden, zijn croissants zijn goudbruin en krokant. Hij kneedt met veel liefde en ambacht, elk broodje is een kunstwerkje zo fijn, daar smult heel Nederland van.
(De bakker uit Brugge bakt heerlijke broden, zijn croissants zijn goudbruin en knapperig. Hij kneedt met liefde en vakmanschap, elk broodje is een fijn kunstwerkje, daar smult heel Nederland van.)
Hier is een voorbeeld van een Haiku:
De zon zakt laag, Vogels fluiten hun avondlied, Bladeren dansen neer.
(De zon zakt laag, Vogels fluiten hun avondlied, Bladeren dansen naar beneden.)