Een vakje op een dambord wordt een veld genoemd. Het dambord heeft in totaal 100 velden, verdeeld over 10 rijen en 10 kolommen. De velden zijn afwisselend licht en donker van kleur.
De velden worden genummerd van 1 tot 100:
- De velden in de eerste rij (linksboven) zijn genummerd van 1 tot 10.
- De velden in de tweede rij zijn genummerd van 11 tot 20, enzovoort.
- De velden in de laatste rij (rechtsonder) zijn genummerd van 91 tot 100.
De velden worden ook aangeduid met letters:
- De eerste kolom (links) is aangeduid met de letter a.
- De tweede kolom is aangeduid met de letter b, enzovoort.
- De laatste kolom (rechts) is aangeduid met de letter j.
Een veld kan worden benoemd door de letter en het nummer te combineren:
- Veld a1 is het linkerbovenste veld.
- Veld b10 is het rechterbovenste veld.
- Veld j100 is het rechteronderste veld.
De velden op de donkere diagonalen worden gebruikt om de stenen te plaatsen:
- Wit plaatst zijn stenen op de velden 1, 3, 5, 7, 9, 11, 13, 15, 17, 19.
- Zwart plaatst zijn stenen op de velden 2, 4, 6, 8, 10, 12, 14, 16, 18, 20.
De velden op de lichte diagonalen worden gebruikt om te slaan:
- Stenen kunnen schuin vooruit over de donkere velden naar een licht veld springen om een tegenstander te slaan.
- Er kan over meerdere velden gesprongen worden, zolang er maar geen stenen tussen staan.
De velden op de damlijn (de achterste rij) zijn extra belangrijk:
- Als een steen de damlijn bereikt, wordt deze een dam.
- Een dam kan zowel vooruit als achteruit schuin springen.
Ik hoop dat deze informatie nuttig is.
Heeft u nog verdere vragen over damborden of dammen?